WIJKBEWONERS VAN TOEN

Een brievenbesteller die uit de dood is opgestaan? Ja, ze woonde in onze wijk. Eerst in de Witten Griffoen, nadien in de Pachtstraat. Haar bijnaam was Mie Trottinet. Celina Hannes werkte voor de post en bestelde 26 jaar lang telegrammen. Op een dag kwam haar zoontje thuis met een ‘trottinet’, nu ‘autoped’ of ‘step’ genoemd, gekregen van een vrouw die oude spullen verzamelde. Celina begreep meteen de mogelijkheden ervan en ’s anderendaags zag iedereen haar met haar telegrammen door de wijk snorren. Haar bijnaam ‘Mie Trottinet’ was geboren.

Op een dag – het moet rond 1960 zijn geweest – bestelt ze in een café aan de Zuiderdokken een frisse pint. De kelner is afgeleid en in de verwarring zet hij haar een whisky voor. Het gezegde indachtig ‘Het is betaald, ’t moet op!’ of té gehaast, drinkt ze té snel het glas leeg en ze sukkelt verderop met haar ‘trottinet’ in de toen nog niet gedempte Zuiderdokken.

Hulpdiensten halen haar onderkoeld en bewegingsloos uit het water en brengen haar naar het Sint-Elisabethziekenhuis in de Leopoldstaat, waar ze in een zwart rouwkleed op de blauwe steen van het mortuarium wordt gelegd.

24 uur later ontwaakt ze uit haar coma en ze vlucht het dodenhuis uit, recht naar apotheker Lescrinier in de Nationalestraat. Grootvader Lescrinier, de grootvader dus van de huidige apotheker Theo, vangt haar als eerste op en brengt haar meteen terug naar het ziekenhuis voor verdere verzorging. Het verhaal deed natuurlijk snel de ronde en Mie Trottinet werd een lokale heldin. Jarenlang reed ze mee in de folklorestoeten van de wijk, niet op haar ‘trottinet’, maar gezeten naast Hector De Groote (met een grote sombrero op z’n hoofd) in zijn oldtimer. Celina Hannes overleed o cieel in 1991. (GS)

17
sep
2017

EDITO 15 september 2017

Over smartzones, domme beslissingen en ketters.

Voila, het is weer september en de zomervakantie is alweer voorbij. Nog even nagenieten van de indian summer, zoals men dat noemt, en heel onze wijk zal weer veranderen van kleur, als bruinrode bladeren onze straten gaan sieren. En wij schieten weer allemaal in gang, ook de stuurgroep Sint-Andries en de winkelvereniging Quartier National.

We kregen vanuit de stad een aangename verrassing in onze schoot geworpen. Of we met de wijk niet wilden helpen nadenken over hoe de technologie het dagelijkse leven van de bewoners gemakkelijker kan maken en ook hoe technologie de burger kan betrekken bij beleidsbeslissingen. Een kolfje naar onze hand! Na de succesvolle experimenten met de Duurzame Winkelstraat en de Klimaatrobuuste Wijk hebben we naar de stad toe al wel bewezen enthousiaste en betrouwbare partners te zijn en dus hebben we ook nu weer toegezegd om hier onze schouders onder te zetten. We doen dat met een infoavond op woensdag 27 september 2017 om 20 u. in het coStA: debatteren samen met onze partners van de Thomas More Hogeschool, Campus National, die prompt haar laatstejaarsafdeling technologie tot onze beschikking heeft gesteld om ons hierbij te ondersteunen. Ook imec en het district zullen hierin participeren.

Natuurlijk zijn we blij dat we in dit project kunnen participeren en ook inspraak krijgen, wat bij ons dan weer de vraag doet rijzen waarom er boven de hoofden van de wijkbewoners wordt besloten om een deel van het Munthof naar Lutherplein om te toveren? Niet de Afro-Amerikaanse burgeractivist Martin Luther King maar de ketterse en protestantse prediker Maarten Luther die de kerkelijke leer (terecht) op stelten wist te zetten en er mee voor zorgde dat er een burgeroorlog losbrak. Als reactie op zijn reformatie ontstond de contrareformatie en de inquisitie maakte haar intrede.

Nu vragen we ons ten eerste af wie de ketterse beslissing heeft genomen om ons plein, waarvoor de buurt 35 jaar heeft gevochten, plotseling naar Maarten Luther te noemen? En ten tweede waarom de buurt hier niet in wordt gehoord? Het argument is dat de kerkraad hier vragende partij voor was. Ook de gereformeerde kerk? Weten deze instellingen niet dat er ook nog een bevolking is die niet meer met zich laten sollen zoals in vroegere eeuwen en het niet meer pikt dat er boven haar hoofd beslissingen worden genomen? Met alle respect voor ieders religie kan bovendien natuurlijk de vraag gesteld worden of het nog van deze tijd is om straatnamen naar heiligen of kerkelijke leiders te vernoemen? Vooral in de multiculturele maatschappij waarin we leven en waarin mensen van verschillende godsdiensten naast elkaar wonen? Misschien moeten we er dan ook maar eens over nadenken om een derde deel van het Munthof bv. het Mohammedplein te noemen? Of delen we het gewoon in vieren en noemen we het laatste stuk het Hare Krishnaplein?

Enfin, we hopen opnieuw op gezond verstand, als er namen moeten worden gegeven en we hopen ook dat het Munthof zijn naam zal blijven behouden. Blijkt dat er in Sint-Andries een lutherse pater, Hendrik van Zutphen, door de straten rondliep die door honderden vrouwen vanuit onze wijk werd bevrijd, nadat hij was gevangen gezet in de toenmalige Sint-Michielsabdij. Het mocht helaas niet baten. Hij vluchtte naar Duitsland, maar is daar de marteldood gestorven. Een andere lutherse pater, Nico- laas, afkomstig uit Ieper, predikte in lekenkleding op de scheepswerf. Hij werd opgespoord op 29 juni 1525 en twee dagen later in een zak, verzwaard met een steen, in de Schelde gegooid. Maarten Luther is in heel zijn bestaan niet in onze stad, laat staan in onze wijk, aanwezig geweest. Waarom dan geen straatnaam geven aan die onfortuinlijke paters? (Nico Volckeryck)

15
sep
2017

Lutherplein blunderplein

Een golf van verontwaardiging ging door de wijk Sint-Andries omtrent het Muntplein. Uit de pers moesten de bewoners verne-men dat de naamgeving van het Muntplein in tweeën zou worden gesplitst. Het vooraan gelegen verharde gedeelte zou worden herdoopt in het Maarten Lutherplein naar aanleiding van de 500-jarige herdenking van het uitbrengen van zijn stellingen. Het groene overblijvende gedeelte achteraan zou Munthof worden genoemd in plaats van Muntplein.

Zowel de Stuurgroep Sint-Andries als heel wat bewoners betreuren het dat er geen enkel overleg is gebeurd, noch met de bewoners, noch met de Stuurgroep die jaren tegen projectontwikkelaars heeft gestreden voor het behoud van deze open groene oase. Vijf jaar geleden heeft men het plein kunnen inhuldigen met de toenmalige districtsvoorzitter Chris Anseeuw en schepen Ludo Van Campenhout. Tijdens de zomermaanden is het met twee horecazaken (Camino en School of Life) een gegeerde plek geworden voor zowel bewoners als toeristen.


Beslissing in 34 seconden

Voor deze naamsverandering werd advies gevraagd aan de heemkundige kring ‘Sint-Andrieskwartier Herleeft’. Deze vereniging geniet door haar concrete historische kennis en verbondenheid met de wijk erg hoog aanzien. Stapels historische documenten heeft zij aangedragen waaruit moest blijken dat Luther niets te maken heeft gehad met het Muntplein. maar wel met de grond waarop nu de Sint-Andrieskerk staat. Daarom heeft ze een overtuigend negatief advies gegeven. Dit advies werd echter gewoon genegeerd. Eveneens de cultuurraad heeft een negatief advies gegeven. Toch werd de naamswijziging op de gemeenteraad in welgeteld 34 seconden goedgekeurd. Kijk zelf maar op het internet (zoekterm: beeldverslag gemeenteraad Antwerpen). De beslissing valt op minuut 46:16!


Muntslagerij een voorrecht

Het negatieve advies van ‘Sint-Andrieskwartier Herleeft’ baseert zich op het feit dat het Muntplein, wat op van 1474 tot 1786 de muntslagerij was gevestigd, een zeer belangrijke rol speelde in de handel en de naam dus moet behouden blijven. De muntslagerij was zo belangrijk dat de Muntstraat hiernaar werd genoemd. Het is nog de enige plek in Antwerpen waar wordt verwezen naar de muntslagerij. Het recht om munt te slaan was trouwens een voorrecht voor de stad Antwerpen en duidt op het belang van onze stad. Elke stadsgids besteedt er aandacht aan. De naam is trouwens al geruime tijd ingeburgerd in de wijk. De verbinding van de Muntstraat met het daarachter gelegen Muntplein zou eveneens totaal verdwijnen.


Onderschrift ook nog eens onjuist

De voorgenomen herbenaming van het groene achterliggende gedeelte van het Muntplein tot Munthof met als onderschrift ‘Hier werd vanaf 1100 munt geslagen.’ is bovendien historisch totaal onjuist. Omstreeks 1100 werd voor het eerst munt geslagen in Antwerpen, maar dan wel in de Munt in de Burcht. De 4de muntslagerij op het huidige Muntplein is er eerst in 1474 bij een latere stadsuitbreiding gekomen. Ze bleef er gevestigd tot 1786.


Luther nooit in Antwerpen

De Augustijnen, toen gevestigd op de plaats waar nu de Sint-Andrieskerk staat, volgden de leer van Luther. Maarten Luther is echter persoonlijk nooit in Antwerpen geweest. De Augustijnen konden voor 1511 gronden verwerven in het gebied achter de muntslagerij die toen reeds in werking was, en waren gelegen tussen de Boeksteeg (nu de Nationalestraat) en de Rijke en Arme Beukelaarstraat. Aangezien de muntslagerij er al was, voordat de Augustijnen er waren én de leer van Luther predikten, is het historisch onmogelijk om Luther te koppelen aan het verharde gedeelte van het Muntplein.

Nadien werden de monniken er verjaagd. De altaren werden ontwijd, de klokken geroofd, alle deuren en poorten dichtgemetseld en de meubelen verkocht. Plantin kocht de Gutenbergbijbel die nog steeds te bewonderen is in het Museum Plantin-Moretus op de Vrij- dagmarkt.


Niet akkoord met de beslissing

De Stuurgroep Sint-Andries beklemtoont nogmaals geen enkel bezwaar te hebben tegen de herdenking dat het 500 jaar geleden is dat de stellingen van Luther zijn uitgebracht en wil de komende Lutherfeesten mee ondersteunen. Ze is er zelfs fier op dat de wijk Sint-Andries een grote rol heeft gespeeld in de reformatie.

Maar ze gaat totaal niet akkoord met de beslissing om het plein te splitsen en twee verschillende namen te geven, omdat het over de hoofden van de bewoners is gebeurd en omdat het op de koop toe ook historisch totaal onjuist is. Die naamswijziging zou trouwens voor heel wat verwarring zorgen bij bewoners en toeristen en een gevaar kunnen betekenen voor de oriëntatie van de hulpdiensten.

Bovendien is het de plek waar ooit het hoofdgebouw van de Munt stond. En net die plek zou van naam veranderen. Het verharde deel van het Muntplein maakt integraal deel uit van dit plein. Dit verharde gedeelte functioneert in de zomer als één groot caféterras. Is het wenselijk om de naam van Luther te verbinden aan een caféterras?

De Stuurgroep heeft de gereformeerde gemeenschap uitgenodigd voor een gesprek tijdens haar maandelijkse vergadering. Er kwam niemand opdagen. Dat is jammer genoeg ook geen erg positief begin!


De grappen doen nu al de ronde

Sint-Andries zou Sint-Andries niet zijn, als de grappen nu al niet de ronde zouden doen. Op de facebookpagina en op café zijn de grappen niet van de lucht: Muntlutherplein, Maartenmuntplein, Muntherplein, Blunderplein.

De nieuwe naamgeving is nu al gedoemd om te mislukken. En het zou bijzonder jammer zijn, als dit zou gebeuren ten koste van zo’n belangrijke historische guur.

(Stuurgroep Sint-Andries)

14
sep
2017

HISTORICHE FIGUREN: Mie Citroen

Mie Citroen werd op 11 maart 1817 geboren als Maria-Theresia. Haar wieg stond in een krotwoning bij de Blauwe Toren aan de Vuil Rui, de huidige Oude Vaartplaats.

Haar moeder heette Joanna Clingen. Deze Joanna had nog twee andere onwettige kinderen. Het was geen kleinigheid om haar drie kinderen op te voeden. Ze leefden in de grootste armoede.

Op 14 juli 1847 huwde Joanna Clingen met matroos Henri Geley. Hij wettigde de kinderen en erkende ze. Zeven maanden later kreeg Joanna nog een kind en binnen de twee jaar kreeg ze nog twee andere nakomelingen. Het kleine loon van de zeeman was onvoldoende om 6 kinderen te voeden. Joanna was dus verplicht om te gaan werken. Daardoor liet ze haar kinderen aan hun lot over.

Zo kwam het dat Mie Citroen een jeugd kende van diepe armoede en miserie. Van opvoeding was geen sprake. Ze werkte als 14-jarig meisje bij een naaister om wat bij te verdienen. Op 17-jarige leeftijd kreeg Mie Citroen een zoon: Henricus Geley, die later onze volksfiguur Zotte Rik zou genoemd worden. Zijn beeld is nu vereeuwigd in onze reus van het Sint-Andrieskwartier.

Toen ze 19 jaar oud was, verhuis- de ze voor een jaar naar Breda. Terug in Antwerpen beviel ze van een tweede onwettig kind, deze keer een dochter. Toen woonde ze in de Kaasstraat. Negen jaar later huwde ze met Henricus van Aken. Zotte Rik was toen 10 jaar oud. Het gezin vestigde zich in de Lange Ridders-straat. In de Parochie van Miserie kreeg Mie Citroen toen een ‘leur- toer’ met fruit. Later opende ze een winkel.

Met de opvoeding van haar zoon Rik had ze het niet gemakkelijk. Zoonlief was liever lui dan moe. Zijn devies was immers: “Houd oe zot, dan moette ni warreke.”
(tekst: Sint-Andrieskwartier Herleeft!) (Tekening: Nico Parassiadis)

16
jul
2017